Milieuvriendelijk plaaginsecten beheersen met Ledsprotect

Kwekerij Aardam wil schoon en gezond uitgangsmateriaal van palmen en tropische planten aan de klant leveren. Dat betekent dat het gewas vrij moet zijn van plaaginsecten. De kwekerij zet LedsProtectvallen in om insecten op een milieuvriendelijke manier te signaleren en te bestrijden.

Kwekerij Aardam in Aarlanderveen is gespecialiseerd in de productie van uitgangsmateriaal voor professionele kwekerijen wereldwijd. Het belangrijkste gewas is de Chamaedorea Elegans, in totaal worden vijf tropische gewassen in het twee hectare grote glastuinbouwbedrijf geteeld. De zaden voor de planten komen uit verschillende landen, zoals Mexico, Brazilië, Costa Rica en Guatemala, vertelt algemeen directeur Arthur Spruit van Aardam. „Deze zaden worden semi verzameld op plantages, in de vrije natuur. Daar vliegt van alles rond en die insecten komen mee met het zaad. Wij kiemen hier de zaden op 30 graden, een ideale temperatuur voor plaaginsecten om te vermeerderen. Het is dus heel belangrijk dat wij de beestjes vroegtijdig waarnemen. Wij gebruiken de LedsProtectvallen vooral als signaalfunctie, maar ook om schadelijke insecten weg te vangen.”

Lokken met UV-licht

De LedsProtectval is een milieuvriendelijke oplossing om insecten te signaleren en te bestrijden, zegt Peter Kerkhof van LedsProtect. Het principe van de UV-val, die tussen of net boven het gewas wordt geplaatst, lijkt eenvoudig: insecten worden aangetrokken door UV-licht en komen vervolgens in een vangschaal met water terecht. Aan het water worden een paar druppels afwasmiddel toegevoegd, om te voorkomen dat de insecten op het water blijven drijven en kunnen ontsnappen. De lamp heeft een bereik van circa 15 meter. Als de UV-val wordt gebruikt om plagen te bestrijden of te voorkomen, worden de vallen met een tussenruimte van 20 à 30 meter geplaatst. De afstand is vooral afhankelijk van het soort insect dat moet worden gevangen, aldus Kerkhof. „Wij adviseren om voor een goede werking negen lampen per hectare te plaatsen.”

Volgens Kerkhof worden nagenoeg alle schadelijke insecten die ’s nachts actief zijn door het UV-licht van de LedsProtectvallen gelokt; vooral motten, kevers en muggen. Biologische vijanden en bijen en hommels die overdag vliegen, komen dus niet in de val terecht. Er zijn speciale UV-leds gebruikt die een hoge aantrekkingskracht op insecten hebben, vertelt hij. „Het water ziet er voor de insecten uit als een ’UV-bad’ en is onweerstaanbaar.”

Aanvankelijk werden er gele vangschalen gebruik. Nu worden er testen gedaan met fluorescerende bakken. De unit met de leds hangt 12 centimeter boven de vangschaal, het is proefondervindelijk vastgesteld dat dit de beste afstand is om de lichtbundel optimaal op het water te laten reflecteren, aldus Kerkhof. Op de UV-unit zit een schemerschakelaar die de UV-val automatisch inschakelt als het donker wordt.

UV-val strategisch inzetten

Kwekerij Aardam maakt sinds 2015 gebruik van de LedsProtectvallen. De UV-vallen worden in de kiemcellen preventief en curatief gebruikt, in de kassen vooral preventief. „Het is voor ons van cruciaal belang dat we weten welke plaaginsecten we in de kas hebben”, vertelt Arthur Spruit.„Dat monitoren we niet alleen met deze vallen, maar bijvoorbeeld ook met vangplaten. Een mot kan tweehonderd rupsen voortbrengen. Die rupsen kunnen in zeer korte tijd veel schade veroorzaken. Dat willen we voorkomen, we willen een schoon eindproduct aan onze klanten leveren. We investeren veel in het eerste weghalen van de insecten, dat begint al in de kiemcel. Door vooruit te lopen op wat kan gebeuren, kun je gericht bestrijden en heb je veel minder chemische gewasbescherming nodig. Daarnaast werken we in de kassen met aaltjes of bacteriepreparaten om plaaginsecten verder te doden en met natuurlijke vijanden.”

Spruit heeft vanaf het begin goede ervaringen met de LedsProtectvallen. Kwekerij Aardam is een gebruiker van het eerste uur: in de kassen zijn ook proeven met de UV-val gedaan. Kerkhof vertelt: „De led is een belangrijk onderdeel van de val. Die moet het licht uitstralen dat het beestje aantrekt. Hoeveel licht moet je geven en welke golflengte? Een insect kijkt anders dan een mens. Dat zijn zaken die je met elkaar moet ontdekken.”

Spruit vervolgt: „We hebben geleerd om meer met de vallen te doen. Aanvankelijk gebruikten we ze alleen in de kassen, later zijn we ze ook in de kiemcel gaan gebruiken. Daarnaast is het belangrijk dat je de vallen op strategische plaatsen in de kas neerzet. Je vangt een mot nooit 100 procent weg, maar je vertraagt het verspreiden, je weet welke beestjes actief zijn. Je gaat bewuster met plaagbestrijding aan de slag, je gaat op een andere manier met de teelt om. Alerter, gerichter. Dat is een proces wat zich ontwikkelt.”